De geschiedenis van drop

De geschiedenis van drop begint onder de grond. Daar groeien de zoethoutwortels, het ingrediënt waardoor drop als drop smaakt. Het goedje waar wij in Nederland zo dol op zijn.
Nergens ter wereld is drop zo populair als in Nederland. Er zijn wel andere plekken waar ze van drop houden (in Scandinavië eten ze het graag, in Engeland houden ze van Engelse drop en Italianen zijn liefhebbers van pure zoethoutwortelextract), maar Nederland is kampioen. Wij zijn de beste dropeters ooit.
Hoeveel drop eten Nederlanders
Jaarlijks wordt er in Nederland zo’n 32 miljoen kilo drop gegeten. Per hoofd van de bevolking is dat 2 kilo per jaar. Aangezien zelfs in Nederland niet iedereen van drop houdt en baby’s geen drop kunnen eten, kunnen we alleen maar gissen hoeveel drop de fanatieke dropliefhebber jaarlijks naar binnen werkt.
Waarom drop juist in Nederland zo populair is, is niet geheel duidelijk. Volgens sommigen komt het doordat we in Nederland (net als in Engeland en Scandinavië) aan de zee wonen en dat we daarom zo van de zilte smaak van drop houden. Maar er zijn wel meer landen die aan de zee liggen. Japan bijvoorbeeld. Of Chili. We noemen maar even twee willekeurige landen die aan zee liggen, maar waar ze geen drop eten.


Drop en de zoethoutwortel
Drop zoals wij dat kennen, zo’n klein zwart glanzend snoepje, bestaat sinds de achttiende eeuw. Maar de zoethoutwortel is al langer bekend. Al veel langer. Zoethoutwortels kun je ook vandaag de dag nog gewoon kopen. De meeste drogisterijen in Nederland hebben dat wel in hun assortiment. In het begin smaakt het wat aards, maar als je er op gaat kauwen, dan komen de sappen los en proef je de dropsmaak.
Die zoethoutwortel, die drop naar drop doet smaken, heeft een hele lange geschiedenis.
Mummies houden van drop
Nu duiken we iets verder in de geschiedenis van drop. Zo is er in het graf van Toetanchamon zoethoutwortel gevonden. En Toetanchamon leefde in de veertiende eeuw voor Christus. Dat is dus al meer dan 3000 jaar geleden. Waarom Toetanchamon zoethoutwortel meekreeg is niet duidelijk. Misschien vond hij het gewoon heel erg lekker. Maar wie weet nam hij het mee in zijn graf om veilig de Grote Oversteek te kunnen maken en de goden aan de andere kant gunstig te stemmen. Doden kregen wel vaker waardevolle spullen mee om hun zielenheil veilig te stellen. Maar mocht je ooit in je slaapkamer bezoek krijgen van een mummie, dan kun je ‘m misschien een dropje aanbieden. Wie weet helpt het.
Begin van de geschiedenis van drop
Een kleine duizend jaar later nam Alexander de Grote, de koning van Macedonië die bezig was de halve wereld te veroveren, zoethoutwortel mee op zijn veldtochten. Het zou goed werken tegen de dorst.
Weer wat later, in de tijd van de Grieken en Romeinen werd het sap van de zoethoutwortel gebruikt als medicijn. Het zou maagklachten verhelpen en hoesten tegengaan.
Op die manier is zoethoutwortel eeuwenlang een populair ingrediënt geweest voor allerhande vermeend heilzame middeltjes. De zoethoutwortel zelf werd gegeten en er werden drankjes van gemaakt. In de laten Middeleeuwen begonnen ze in Italië met een productieproces dat aan de basis van de moderne drop zou staan, daar begon als het ware de geschiedenis van drop.
De eerste dropfabriek in de geschiedenis
In de Zuid-Italiaanse streek Calabrië noemen ze de zoethoutwortel radice dolce, oftewel: zoete wortel. En daar, in Calabrië en Sicilië, zijn de Italianen ooit begonnen om de radice dolce fijn te malen en vervolgens in te koken tot een zwart papje. Dat zwarte goedje wordt in blokken gegoten en ten droge gelegd, totdat er een stevige, zwarte plakkaten overblijven. Dat spul noemen ze blokdrop. En die blokdrop is nog steeds het basis-ingrediënt van alle dropjes.
Het was ongeveer in het jaar 1500 dat ook de familie Amarelli begon met het handelen in het zoethoutwortelproducten. Daar werden ze zo succesvol mee dat Giorgio Amarelli in 1731 een fabriekje opzette om deze blokdrop te kunnen maken. Dit fabriekje zorgde ervoor dat zijn familiedropjes een massaproduct werd.
De fabriek van de familie Amarelli bestaat nog steeds en maakt nog steeds dropjes. Het is het oudste dropfabriekje ter wereld. En in al die eeuwen hebben ze zo goed als niks aan de receptuur veranderd. Het zijn hele kleine, bikkelharde dropjes die bijna voor 100% uit zoethoutwortelextract bestaan. De oorspronkelijke variant heeft een vleugje laurier in zich (dat heeft met het productieproces te maken, waarbij laurierbladeren worden gebruikt om verschillende stukken blokdrop niet aan elkaar te laten plakken) en is nog steeds verkrijgbaar. Kijk maar eens bij de drogist, daar hebben ze meestal wel wat blikjes Amarelli staan.
Van medicijn naar snoepje
De blokdrop was een beproefd basis-ingrediënt voor middeltjes die goed zouden werken tegen keelpijn en hoesten. Vooral in Nederland en Engeland was het razendpopulair. Een van de personen die Italiaanse blokdrop verwerkte in zijn middeltjes, was de Engelse apotheker George Dunhill. Hij verkocht zijn producten sinds 1760 als medicijn tegen infecties, maagzweren en verkoudheid. Maar pas toen hij er suiker aan ging toevoegen werd het echt populair. Het werd meer dan een medicijn. Het werd een snoepje.
Populair dankzij een Nederlands griepje
Ook in Nederland won drop aan populariteit. Een van de dropfabrieken die in de 19e eeuw werden opgericht, was de dropfabriek van Venco. Zij maakten ook gebruik van de vermeend geneeskrachtige werking. Dus toen in 1890 heel Amsterdam verkouden werd, kwam er een run op het zwarte goud en raakte de dropverkoop hier in Nederland in een stroomversnelling. Een stroomversnelling die nooit meer is opgehouden.
In Italië houden ze vooral van het pure product: zoethoutwortelextract met zo min mogelijk toevoegingen. In Nederland zijn we juist dol op de verschillende varianten. Wij voegen er salmiakzout aan toe om het pittig te maken. Suiker om het zoet te maken. Arabische gom voor een lekkere byte. Aardappelzetmeel om het nog zachter te maken. Bijenwas om het glanzend te maken. Wij hebben trekdrop, honingdrop, dubbelzoute drop, salmiakdrop, muntdrop, mildzoute drop, laurierdrop, griottendrop, noem-maar-op-drop.
De Beste Drop Ooit
Welke van al die drop de lekkerste drop is, daar viel tot 2015 over te twisten. Maar toen besloot Klepper Sr., ter gelegenheid van zijn 25-jarige jubileum op de markt, een jubileumdropje te maken. Dat jubileumdropje moest de lekkerste drop ooit worden. Samen met Klepper Jr. gaat hij het laboratorium in. En na een paar weken experimenteren is het gelukt: de lekkerste drop ooit is een feit.
De klanten van Klepper & Klepper zijn het met hen eens: dit is inderdaad de lekkerste drop ooit. Bovendien bevat het dropje gluten noch gelatine. En aangezien steeds meer mensen producten zonder gluten en gelatine zoeken, besluiten Klepper & Klepper hun drop de Beste Drop Ooit te noemen.
De rest is geschiedenis, zullen we maar zeggen. En die geschiedenis van drop (de geschiedenis van de Beste Drop Ooit dus) vind je hier.